Het chiptekort in de auto-industrie, hoe zit dat nu precies?
Inmiddels hebben alle autofabrikanten er wel last van: het globale chiptekort. En hoewel dit eerst alleen leek te leiden tot vertragingen in de productie, hebben steeds meer fabrikanten nu noodgedwongen de keuze gemaakt om auto’s dan maar tijdelijk met minder technische snufjes af te leveren. Maar hoe kan het toch dat er ineens zo’n groot tekort ontstaan is? En is er op korte termijn wel een oplossing te verwachten voor dit probleem?
Wat is een microchip eigenlijk?
Laten we even beginnen bij het begin: de semiconductor chip, ook wel halfgeleider chip of microchip genoemd. Dit kleine high tech component, vervaardigd uit silicium, kun je het beste omschrijven als het brein van moderne elektronica. Een reeks kleine transistors fungeren als kleine schakelaars om de elektronenstroom te kunnen sturen. Heel kort door de bocht zou je dus kunnen zeggen dat hoe meer pootjes een microchip heeft en hoe meer kleine transistors een microchip bevat, hoe meer functionaliteit deze kan verwerken.
Tegenwoordig worden deze chips in bijna alles gebruikt, van auto's en smartphones tot koelkasten en elektrische tandenborstels. Microchips kunnen daarom enorm verschillen in hun complexiteit. De overtreffende trap zijn nog steeds de high end computerprocessors, zoals de I9 processor van Intel. De chiptransistors in zo’n processor zijn dan ook extreem klein: 10.000x kleiner dan een mensenhaar! In het geval van de I9 processor zijn er dan ook miljarden transistors verwerkt binnen een oppervlakte ter grootte van een vingernagel.
Waarom is er een chip-tekort in de auto-industrie?
Enerzijds komt dit doordat moderne voertuigen meer chips dan ooit tevoren gebruiken. Het aantal ondersteunende veiligheidssystemen blijft alsmaar stijgen. En dan zijn er ook nog die enorme touchscreens die fungeren als infotainment én allerlei comfortfuncties kunnen aansturen.
Echter, op een langzaam stijgende vraag is wel te anticiperen. Het was vooral de COVID-19 pandemie die de vraag- en aanbodprognoses in de war stuurde. Toen in maart 2020 massale shutdowns en quarantaines begonnen, verwachtten de autofabrikanten een enorme daling in de vraag naar nieuwe auto’s. Dus verlaagden ze de verkoopprognoses en annuleerden ze onderdeelbestellingen voor componenten zoals microchips. Achteraf was deze stap iets te kortzichtig, want de vraag naar nieuwe auto’s daalde slechts tijdelijk.
En dat is precies waar het chip-tekort ontstaan is, want op het moment dat de autofabrikanten beseften dat de vraag naar nieuwe auto’s weer aantrok, hadden de chipfabrikanten al werk vanuit andere sectoren aangenomen. De chipfabrikanten zijn dus simpelweg al druk met andere opdrachten.
Maar kunnen chipfabrikanten dan niet opschalen?
Opschalen is voor chipfabrikanten niet eenvoudig. Het bouwen van halfgeleiderchips is namelijk een uiterst complex, duur en tijdrovend proces. Om die reden zijn er wereldwijd maar een handvol chipfabrikanten. En al die fabrikanten draaien momenteel allemaal al op volle capaciteit. Het toevoegen van nieuwe productiefaciliteiten, ook wel gieterijen genoemd, vergt jaren van planning en miljarden euro’s aan investeringen.
Maar zelfs als deze gieterijen wel de capaciteit hadden om nieuwe chips te bouwen, kost het fabricageproces zelf ook veel tijd. Volgens de Semiconductor Industry Association duurt het ongeveer 12 weken om een gemiddelde semiconductor te maken (de bouw van geavanceerde chips kan tot 20 weken duren!). Tel daar de tijd bij op om de productie op te voeren en het eindproduct te transporteren, en de doorlooptijd voor een nieuwe chiporder wordt geschat op ongeveer zes maanden. Dus zelfs als er nu wordt opgeschaald, zal dit voor autofabrikanten te laat komen.
Heeft het chiptekort effect op de prijs van auto’s?
We zien een groot verschil tussen de VS en Europa, maar in het algemeen worden auto’s wel duurder. Door de schaarste aan microchips zijn er minder nieuwe auto’s gereed voor verkoop. Hierdoor ontstaat er een run op de auto’s die wel al gereed zijn. Vooral in de VS zie je daarom dat de autoverkopers van deze schaarste profiteren: de vraagprijzen stijgen flink. Door deze trend gaan potentiële autokopers nu toch eerder op zoek naar een gebruikte auto. Ook daar stijgen de prijzen nu dus, zij het in mindere mate.
Bovenstaande trend is natuurlijk heel goed nieuws voor autoverkopers, maar de autofabrikanten hebben hier helaas weinig voordeel van. Daarom leveren steeds meer fabrikanten nu auto’s af met (tijdelijk) minder functionaliteit. Zo levert Porsche nu enkele modellen af zonder elektrisch verstelbare stuurkolom en levert BMW nu alleen navigatiesystemen zonder touchscreen. Ter compensatie wordt er in deze gevallen korting beloofd of wordt de functie op een later tijdstip alsnog ingebouwd bij de dealer. Op deze manier denken de autofabrikanten toch nog veel nieuwe auto’s af te kunnen zetten.
Hoelang gaat het chiptekort nog duren?
Hierover zijn de meningen sterk verdeeld, maar alle experts lijken het erover eens te zijn dat het tekort niet snel ingelopen kan worden. De chipproducenten voorspellen zelf dat het nog twee jaar kan duren voordat de productie weer gelijkloopt met de vraag vanuit de markt.
Omdat zowel Europa als de VS in deze situatie gemerkt hebben dat ze wel heel erg afhankelijk zijn van het geringe aantal chipproducenten in de wereld, zijn er vanuit beide wereldregio’s plannen om ‘vanuit eigen huis’ chips te gaan produceren. Hiervoor zijn inmiddels tientallen miljarden euro’s / dollars beschikbaar gesteld. Natuurlijk komen deze plannen veel te laat om nog iets aan het huidige chiptekort te veranderen, maar hiermee is men wel beter voorbereid op toekomstige schaarsten.